Overgangen
Een overgang is een speciaal geanimeerd effect voor het vereenvoudigen – of benadrukken – van het overschakelen van de ene clip naar de volgende. Fades, vegen and oplossingen zijn bekende typen overgangen. Andere overgangen zijn exotischer en vele maken gebruik van geavanceerde 3D-geometrie om de geanimeerde sequenties te berekenen.
Een standaardovergang maken door te slepen, om de bovenhoek van een clip 'om te vouwen'.
Zonder een overgang vindt er een 'hard cut' plaats tussen clips.
Pinnacle Studio biedt een brede reeks overgangen voor het verzachten, aankleden of benadrukken van de wisseling van de ene clip naar de andere.
Standaard wordt de overgang tussen twee clips gecentreerd. Een overgang van 4 seconden begint dus 2 seconden voor het einde van de eerste clip en gaat voor een duur van 2 seconden over in de tweede clip.
U kunt de Duur, Uitlijning (positie) en andere overgangsinstellingen bewerken. Welke instellingen beschikbaar zijn, is afhankelijk van het ontwerp van de overgang. U kunt bepaalde instellingen interactief in de tijdlijn aanpassen (duur en positie), terwijl u andere kunt configureren in het deelvenster Editor.
Als u dubbelklikt op een overgang in de tijdlijn, worden de instellingen voor de overgang in het deelvenster Editor geopend.
In de visuele weergave in het deelvenster Editor kunt u de duur en de positie zien, en in het geval van overgangen tussen video's kunt u zien of de overgang bestaat uit statische eindframes (roze) of de kop- en staartframes van getrimde video (donkerblauw).
De Overgangsmodus is standaard ingesteld op Tijdlijnsynchronisatie behouden (aanbevolen). Dit betekent dat de positie van clips niet wordt aangepast wanneer u een overgang toevoegt. De overgang maakt gebruik van statische eindframes (stilstaand beeld-effect) of van de kop- of staartframes van getrimde video. Als u de optie Clips laten overlappen kiest (een modus van oudere versies) en een overgang maakt in de tijdlijn door de omgevouwen hoek naar links te slepen, wordt de overgang gemaakt door de ene clip met de andere te laten overlappen. Dit is van invloed op de synchronisatie met andere tracks in het project. Waarom zou u deze optie van oudere versies kiezen? In het geval van video-overgangen betekent het dat u geen kop- of staartframes nodig hebt om een video-overgang te maken als u zich verder niet om synchronisatie hoeft te bekommeren. Wanneer u de Overgangsmodus wijzigt, is dit van toepassing op de volgende overgang die u toevoegt (niet op bestaande overgangen).
U kunt overgangen uit de tijdlijn verwijderen of hierin vervangen. U kunt overgangen in de tijdlijn kopiëren of plakken.
Als u de overgang probeert toe te voegen aan een clip die korter is dan de lengte van de overgang (standaard- of gekopieerde overgang), wordt de overgang niet toegepast.
Een standaard oplosovergang toepassen• Klik in de tijdlijn op een clip en sleep de bovenhoek van een clip (een omvouwpictogram wordt weergegeven). Sleep om de gewenste duur in te stellen.
Hiermee wordt een oploseffect tussen twee clips gecreëerd. Als er maar één clip is, wordt er een fade-in of fade-out naar zwart gemaakt.
Overgang toevoegen Een overgang uit de bibliotheek toepassen1 Klik op het tabblad Bewerken op de navigatiebalk van het deelvenster Bibliotheek en kies Overgangen 
.
.2 Ga naar de gewenste categorie en klik in de bibliotheek op de thumbnail van een overgang.
U kunt een voorbeeld van de overgang bekijken in het deelvenster Player.
3 Sleep de gewenste overgang naar de tijdlijn.
De overgang wordt met de standaardduur toegevoegd.
4 Voer een van de volgende handelingen uit om de overgang aan te passen:
• Duur: Sleep een van de einden van de overgang om de duur aan te passen of geef een waarde voor de duur op (als u voldoende op de tijdlijn hebt ingezoomd om de waarden voor de duur op de overgang weer te geven).
• Positie: Plaats uw muisaanwijzer op de overgang (de cursor neemt de vorm van een hand aan) en sleep de overgang naar rechts of links om de standaardpositie (gecentreerd tussen twee clips) ervan te wijzigen.
• Alle overgangsinstellingen: Dubbelklik op de overgang om alle bijbehorende instellingen in het deelvenster Editor weer te geven. Voor plugin-overgangen klikt u in het deelvenster Editor op de knop Openen. Daarmee krijgt u toegang tot meer instellingen. Welke instellingen beschikbaar zijn, is afhankelijk van het ontwerp van de overgang.
U kunt ook een overgang toepassen door met de rechtermuisknop op een overgang in de bibliotheek te klikken en Naar tijdlijn verzenden te kiezen. Hiermee past u de overgang toe op de clip op de standaardtrack, bij de cut die zich het dichtst bij de afspeelkop bevindt.
U kunt nagaan waar een overgang op de tijdlijn zich in de bibliotheek bevindt door met de rechtermuisknop op de overgang in de tijdlijn te klikken en vervolgens Overgang > Zoeken in Bibliotheek te kiezen.
Een fade in- of fade out-overgang toepassen• Voer een van de volgende handelingen uit:
• Als u een fade in of een fade out wilt toepassen aan het einde van één enkele clip, klikt u in de tijdlijn op een clip en sleept u de bovenhoek van een clip (een omvouwpictogram wordt weergegeven). Sleep om de gewenste duur in te stellen. De standaardovergang wordt opgelost naar/van zwart.
• Als u een uitfaden naar zwart-overgang wilt toepassen tussen twee clips, klikt u op de navigatiebalk van het deelvenster Bibliotheek en kiest u Overgangen > Standaard > Real time-overgangseffecten > Fade in of out. Sleep de gewenste overgang naar de gewenste positie in de tijdlijn.
> Standaard > Real time-overgangseffecten > Fade in of out. Sleep de gewenste overgang naar de gewenste positie in de tijdlijn.Tip: U kunt de Fade in of uit-overgang snel vinden door hieraan een waardering van vijf sterren toe te voegen in de bibliotheek. Vervolgens kunt u met de rechtermuisknop op een standaardovergang (of elke andere gewenste overgang) klikken en op Overgang > Vervangen door klikken en Fade in of uit selecteren in het gebied Overgangen met 5 sterren.
Als u uw favoriete overgangen van een waardering met vijf sterren voorziet, worden ze toegevoegd aan het contextmenu Overgang > Vervangen door. Zo kunt u ze snel vinden.
Meerdere overgangen toepassen1 Voeg de gewenste overgang toe aan een willekeurige clip in de tijdlijn.
2 Selecteer alle clips waarop u de overgang wilt toepassen in de tijdlijn.
3 Klik met de rechtermuisknop op de overgang en kies Overgang > Rimpelen.
De overgang wordt tussen de geselecteerde clips toegevoegd. Dit is niet van invloed op bestaande overgangen. De overgang wordt niet toegevoegd tussen clips die geen ruimte bieden voor de duur van de overgang.
Een of meer overgangen uit de tijdlijn verwijderen1 Voer een van de volgende handelingen uit in de tijdlijn:
• Als u één overgang wilt verwijderen, klikt u op de overgang die u wilt verwijderen, klikt u er met de rechtermuisknop op en kiest u Overgang > Verwijderen.
• Als u meerdere overgangen wilt verwijderen, selecteert u de gewenste clips, klikt u met de rechtermuisknop op één van de geselecteerde clips en kiest u Overgangen verwijderen.
Een overgang in de tijdlijn vervangen1 Voer een van de volgende handelingen uit:
• Sleep een overgang vanuit de bibliotheek op een bestaande overgang in de tijdlijn en laat de muisknop los.
• Klik in de tijdlijn op een overgang om deze te selecteren, klik er met de rechtermuisknop op en kies Overgang > Vervangen door. Kies een overgang uit een beperkte lijst met standaardovergangen, recente overgangen en overgangen met een waardering met vijf sterren.
Overgangen kopiëren en plakken1 Selecteer de overgang die u wilt kopiëren in de tijdlijn.
2 Klik met de rechtermuisknop op de overgang en kies Overgang > Kopiëren.
Alle kenmerken van de overgang worden gekopieerd. Dit omvat ook kenmerken met betrekking tot de positie. Het is daarom niet mogelijk om een fade-in als een fade-out of vice versa te plakken.
3 Selecteer de clip waarin u de overgang wilt plakken.
4 Klik met de rechtermuisknop op de clip en kies Plakken.
De standaardinstellingen van een overgang wijzigen1 Klik op het menu Instellingen > Controlepaneel en klik in de lijst met categorieën op Projectinstellingen.
2 Pas een van de volgende instellingen aan:
• Stel in het gebied Standaardduur een nieuwe waarde in het vak Standaardduur voor overgangen in.
• Kies een standaardoptie in het gebied Overgangsmodus.