Trimmen
Het veranderen van de lengte van clips of gaten op de tijdlijn wordt ‘trimmen’ genoemd.
Trimmen op meerdere sporen is een waardevolle editing-vaardigheid. Door meerdere sporen tegelijk te trimmen, kunt u garanderen dat clips die later op de tijdlijn komen, hun onderlinge synchronisatie behouden.
Het trimmen van clips zonder aandacht voor de inhoud later op de tijdlijn, kan de synchronisatie van uw project verstoren. Soundtracks die niet synchroon lopen met de actie en slecht getimede titels zijn problemen die hieruit kunnen voortvloeien.
Trimmen op meerdere sporen
Een regel om synchroon te blijven
Pinnacle Studio beschikt over krachtige trimfuncties waarmee u zonder risico’s op meerdere sporen kunt trimmen. Gelukkig is er een eenvoudige regel voor het beveiligen van de synchronisatie, zelfs op een complexe tijdlijn: open precies één trimpunt op elk spoor. Of het trimpunt aan een clip of een gat wordt bevestigd, en aan welke kant, is aan u.
Trimpunten openen
U kunt ook een trimpunt openen door de tijdlijn-scrubber bij het punt waar u wilt trimmen te plaatsen en vervolgens op de knop trimmodus
op de tijdlijnwerkbalk te klikken. Als u één Trimpunt op elk niet-leeg spoor tegelijk wilt openen, Shift-klikt u op de knop trimmodus.
In de trimmodus kunt u trimpunten openen met de muisaanwijzer aan het begin of einde van een clip. U ziet dat de trimaanwijzer naar links staat bij het begin van de clip en naar rechts aan het einde van de clip. Terwijl de trimaanwijzer zichtbaar is, klikt u één keer op het punt waar u wilt trimmen. Ga hierna desgewenst verder met het openen van trimpunten op andere sporen.
U kunt twee trimpunten per spoor openen door Ctrl ingedrukt te houden om het tweede punt te maken. Deze functie is handig voor de bewerkingen beide trimmen, glijdend trimmen en schuivend trimmen die hieronder worden beschreven.
De Trimeditor in dubbele modus. Het gele vierkantje geeft het huidig geselecteerde trimpunt aan het begin van een clip aan; aan de linkerkant ziet u het laatste frame van de uitgaande clip.
Bij het openen van een trimpunt gebeuren er diverse dingen:
• De linker- of rechterrand van de clip wordt gemarkeerd met een gele balk om aan te geven dat het trimpunt geselecteerd is. Trimpunten die niet geselecteerd zijn, worden met een oranje balk weergegeven.
• De Trimeditor wordt geopend met de Player in dubbele voorbeeldmodus.
• De transportknoppen onder de Player worden gereedschappen voor trimaanpassingen.
• Het voorbeeld met het huidig actieve trimpunt krijgt een gele omtrek.
De Trimeditor
In dubbele voorbeeldmodus geeft de Trimeditor twee kaders van de tijdlijn weer. Het huidig geselecteerde trimpunt wordt altijd weergegeven en krijgt een gele rechthoek. Als het trimpunt zich aan het begin van de clip bevindt, wordt het eerste frame van de clip weergegeven. Het laatste frame wordt weergegeven als het trimpunt aan het eind van de clip staat. U kunt een ander trimpunt selecteren door in het andere voorbeeldvenster te klikken of door op Tab te drukken.
De Trimeditor met een bewerking Glijdend trimmen. In het linkervoorbeeld wordt het huidig geselecteerde trimpunt weergegeven, in het rechtervoorbeeld het tweede trimpunt.
De trimmodus die wordt gebruikt, bepaalt welk frame in het tweede voorbeeldvenster wordt weergegeven. Bij glijdend of schuivend trimmen wordt het tweede trimpunt van de bewerking weergegeven, omgeven door een oranje rechthoek. In andere gevallen wordt in het tweede voorbeeldvenster het frame aan de andere kant van de cut bij het geselecteerde trimpunt weergegeven.
Boven elk voorbeeldvenster wordt het aantal frames weergegeven dat is getrimd. Als u het oorspronkelijke trimpunt als nul beschouwt, geeft het cijfer aan hoeveel frames de nieuwe positie van het trimpunt is verschoven.
De Trimmodus heeft standaard de solomodus. De clip met het Trimpunt wordt weergegeven zonder de sporen erboven en zonder overgangen toegepast. Deze voorbeeldmodus is vooral geschikt om precies te bepalen welk frame moet worden getrimd. De standaardweergave van aaneengesloten frames is een volledige samenstelling van alle tijdlijnsporen. U kunt de weergave in- of uitschakelen met de knop
solo in de rechterbenedenhoek van de Trimeditor. Als de solomodus is uitgeschakeld, worden trimpunten in hun tijdlijncontext in het voorbeeld weergeven.
De Trimeditor in enkelvoudige voorbeeldmodus.
De Trimeditor wordt geopend in dubbele voorbeeldmodus. Als u naar enkelvoudige voorbeeldmodus wilt overschakelen, klikt u op de knop Voorbeeldmodus
in de rechterbovenhoek van het voorbeeldgedeelte.
De trimmodus afsluiten: U kunt de trimmodus sluiten door op de knop Trimmodus
te klikken.
Bewerkingsmodi voor trimmen
De huidige bewerkingsmodus – smart, overschrijven, invoegen of vervangen – bepaalt hoe het trimmen van invloed is op andere clips op de tijdlijn. Selecteer de modus in de vervolgkeuzelijst geheel rechts op de tijdlijnwerkbalk.
Modus Invoegen: Clips rechts naast een getrimde clip en op hetzelfde spoor gaan naar links of rechts om ruimte te maken voor de nieuwe lengte van de clip. De synchronisatie met andere sporen raakt mogelijk verloren, maar er worden geen clips overschreven.
Modus Overschrijven: Alleen de clips die u trimt, en eventuele aangrenzende clips die ze overschrijven, worden in deze modus gewijzigd. De synchronisatie van de sporen wordt niet beïnvloed.
Smart-modus: Tijdens het trimmen is de smart-modus gelijk aan de modus Invoegen.
Vervangmodus: Als u een nieuwe clip op een bestaande clip op de tijdlijn sleept, wordt de bestaande clip vervangen.
Het begin van een clip trimmen
U begint met het trimmen van het begin van een clip (het punt 'markering in') door op de linkerrand van de clip te klikken terwijl de trimaanwijzer zichtbaar is. Nu u een trimpunt hebt bepaald, kunt u frames aan het begin van de clip toevoegen of verwijderen.
Voor trimmen op de clip sleept u het trimpunt naar links of rechts.
Voor trimmen op de player gebruikt u de trimknoppen om één of tien frames naar voren of achteren te trimmen. Klik op de knop weergave in loop voor een herhalende weergave van het trimgedeelte.
De positie van het afspeelpunt ten opzichte van het trimpunt helpt onderscheid te maken tussen de markering in van een clip (links) en de markering uit van de vorige clip (rechts).
Het einde van de clip trimmen
Voor het trimmen van het einde van de clip (het punt 'markering uit') opent u een trimpunt door op de rechterrand van een clip te klikken wanneer de muisaanwijzer verandert in een pijl die naar rechts wijst. U kunt nu frames toevoegen of verwijderen aan het einde van uw clip.
U kunt weer direct op de clip trimmen door het trimpunt te slepen, of op de Player trimmen in de modus trimmen.
Gaten trimmen
Op de projecttijdlijn kunt u niet alleen de clips trimmen, maar ook de gaten tussen de clips. Het trimmen van gaten klinkt misschien niet zo heel nuttig, maar het is echt handig. Een voorbeeldje. Een voorbeeldje: de gemakkelijkste manier om ruimte op één tijdlijnspoor in te voegen of te verwijderen, is om de rechterrand van een gat te trimmen. Alle clips rechts van het gat worden hierbij als een blok verplaatst.
Als u een trimpunt op elk spoor wilt openen om de synchronisatie te behouden tijdens het trimmen, kunt u er vaak voor kiezen de duur van een gat in plaats van de duur van een clip te hanteren. (Onthoud de regel: er is één trimpunt op elk spoor vereist om de synchronisatie te behouden.)
Het trimmen van een gat, aan het begin of het einde, verloopt op precies dezelfde wijze als hierboven beschreven voor een clip.
Twee geselecteerde gaten en een markering-uit voor audio zijn geselecteerd voor trimmen. Omdat er op elk spoor één trimpunt is gemaakt, blijft de gehele productie gesynchroniseerd bij het trimmen.
Beide trimmen
Bij deze bewerking worden twee naast elkaar gelegen clips (of een clip en ernaast gelegen gat) tegelijk getrimd. Frames die aan het item aan de linkerkant worden toegevoegd, worden verwijderd van het item aan de rechterkant, en vice versa, zolang er ruimte en materiaal beschikbaar zijn. U verplaatst alleen het trimpunt waar de items samenkomen. Een toepassing voor deze techniek is het aanpassen van visuele cuts aan de maat van een muzieksoundtrack.
Om te beginnen, klikt u aan het einde van clip aan de linkerkant om het eerste trimpunt te openen; Ctrl-klik vervolgens aan het begin van de clip aan de rechterkant om het tweede te openen.
Bij plaatsing op de aangrenzende trimpunten die u zojuist hebt geopend, krijgt de muisaanwijzer de vorm van een horizontale tweekoppige pijl. Sleep naar links of rechts om de clipgrens te verplaatsen of gebruik de Player in de modus trimmen.
Beide trimmen: er zijn aangrenzende uit- en in-trimpunten geselecteerd Wanneer u de trimpunten versleept, heeft dit invloed op de timing van de hand-off van de uitgaande clip naar de binnenkomende clip, maar wordt de tijdlijn niet verstoord.
Te veel knippen
Te veel trimmen vindt plaats wanneer u de duur van een clip langer wilt maken dan de grenzen van het bronmateriaal; dit is iets wat u moet voorkomen.
Als dit gebeurt, worden de ongeldige delen van uw clip in roze weergegeven.
Te veel getrimde clip: het eerste en laatste frame worden bevroren in de te veel getrimde delen.
Te veel trimmen is geen crisissituatie. U hoeft niet meteen actie te ondernemen. Pinnacle Studio verlengt de clip door het eerste en laatste frame te ‘bevriezen’ in de desbetreffende delen van de clip.
Afhankelijk van de mate van het te veel trimmen is deze eenvoudige aanpak misschien alles wat u nodig hebt. Een kort bevroren frame kan visueel effectief zijn.
De ‘freeze-frame’ methode levert echter waarschijnlijk geen toereikende resultaten tijdens een sequentie met snelle bewegingen. In dergelijke veeleisende gevallen kunt u de clip aanvullen of vervangen, of verlengen door de snelheid ervan te wijzigen. (Zie
De snelheid besturen met Tijd remapping.)
Glijdend trimmen
Om het beginframe van een clip binnen het bronmateriaal te wijzigen, maar de duur ongewijzigd te laten, opent u één trimpunt aan het begin van een clip en een ander aan het einde van ofwel dezelfde clip of een latere clip op het tijdlijnspoor.
Sleep de trimpunten horizontaal of gebruik de trimknoppen van de player om de positie van de clip binnen de bron aan te passen.
Glijdend trimmen: Wanneer u de in- en uit-trimpunten van een clip selecteert en de clip versleept, worden de in- en uit-punten ten opzichte van het oorspronkelijke materiaal gewijzigd, maar blijft de begintijd of duur van de tijdlijn hetzelfde.
Schuivend trimmen
Schuivend trimmen is een uitgebreide versie van de hierboven beschreven techniek voor beide trimmen. In dit geval kunt u trimpunten aan het einde van een clip en het begin van een andere clip later op de tijdlijn openen. In plaats van één clipgrens langs de tijdlijn te schuiven, zoals bij beide trimmen, verschuift u twee clips samen. Alle clips tussen de twee trimpunten worden op een nieuwe positie eerder of later op de tijdlijn geplaatst.
Schuivend trimmen: Er is een uit-punt geopend om te trimmen op de eerste clip, en een in-punt op de derde clip. Wanneer u een van beide punten versleept, wordt de middelste clip (of meerdere clips, indien aanwezig) langs het spoor verschoven, terwijl andere clips blijven staan.
Zowel glijdend als schuivend trimmen kan handig zijn voor het synchroniseren van clipcontent met materiaal op andere sporen.
Trimpunten controleren
Bij het trimmen met meerdere trimpunten is het nuttig om de voorbeeldweergave over te schakelen van de ene trimlocatie naar de andere om te controleren of beide correct zijn ingesteld. Als u een trimpunt selecteert voor controle, wordt het een bron voor audio en video tijdens de voorbeeldweergave.
Controle is ingeschakeld wanneer u een trimpunt maakt. Wanneer u achtereenvolgens meerdere trimpunten maakt, kunt u elk trimpunt tot in detail instellen. Ctrl-klik op een bestaand trimpunt om het te selecteren voor controle. Terwijl de trimmodus actief is kunt u via Tab of Shift+Tab door de geopende punten lopen.
Nadat u Ctrl-klik hebt uitgevoerd om een trimpunt te controleren, kunt u trimmen beheren met de pijltjestoetsen Links en Rechts. Trim één frame met de toetsen niet verschoven, voeg de Shift-toets toe om in stappen van 10 frames te trimmen.
Verplaatsen en kopiëren
Om een selectie van één of meerdere clips te verplaatsen, plaatst u de muisaanwijzer op een geselecteerde clip en wacht u tot de aanwijzer verandert in een handsymbool. Sleep de clip hierna naar de gewenste positie.
U kunt het verplaatsen zien als een proces van twee stappen. Allereerst wordt de selectie verwijderd op de huidige tijdlijn volgends de regels van de huidige bewerkingsmodus. Vervolgens wordt de selectie naar de gewenste eindpositie verplaatst. Hier wordt de selectie van links naar rechts per spoor ingevoegd. De relatieve positie van alle geselecteerde clips op alle sporen blijft behouden.
Het verplaatsen van een ‘verspreide selectie’ (een selectie waarbij sommige clips per spoor worden geselecteerd en andere clips in dezelfde regio niet) is mogelijk, maar kan verwarrend zijn tenzij dit in de modus overschrijven wordt uitgevoerd. Het verplaatsen van losse clips of een complete tijdlijnselectie is eenvoudiger en is indien mogelijk altijd te prefereren.
Houd Alt ingedrukt tijdens het verplaatsen van clips om over te schakelen tussen de modi invoegen en overschrijven. De standaard smart-bewerking is hetzelfde als invoegen, aangezien het meest frequente gebruik van horizontale verplaatsingen het opnieuw rangschikken van de afspeelvolgorde is.
Clips kopiëren: Houd Ctrl ingedrukt bij het verplaatsen van een selectie clips om de clips te kopiëren in plaats van te verplaatsen.